Fotocredits: Andria Lindquist
Alles wat je moet weten over borstvoeding geven. Denk aan de aanlegtechniek, maar ook kleine dingen zoals de juiste voedingsbeha.
In dit artikel geven we je zoveel mogelijk uitleg en informatie over borstvoeding, wanneer je moet beginnen en wat je kan doen als je bijvoorbeeld te veel of te weinig melk hebt. Daarnaast bespreken we ook kort de meest voorkomende 'problemen' die je tegen kan komen bij het geven van borstvoeding.
MiniMe's Sarah heeft haar twee kids allebei borstvoeding gegeven. Ze geeft 10 tips die borstvoeding geven nog fijner en makkelijker maken!
Voordat je baby er is kan je je al voorbereiden op het geven van borstvoeding. Hoe? Via een borstvoedingcursus! Deze cursussen worden verspreid door het land aangeboden door ervaren lacatiedeskundigen en je kan je ten alle tijden aanmelden. In deze cursus word je voorbereid op het geven van borstvoeding, maar krijg je ook informatie over kolven, hoe je een voorraad aan moet maken en hoe je borstvoeding geven en werk goed kan combineren.
Wanneer moet je beginnen met borstvoeding geven? In veel gevallen zal je baby vlak na de geboorte al instinctief zoeken naar de borst en tepel, dus het beste is de kleine gewoon zijn gang te laten gaan. Moeders die binnen 1 uur met borstvoeding beginnen hebben de grootste kans dat hun baby direct goed de borst vindt. De baby is dan nog alert. Lukt aanleggen niet direct dan het liefst zo snel als het kan.
In de kraamperiode is het fijn om een sporthemd te dragen. Dit geeft wel steun, maar zit niet te strak en de grootte van je borsten kan nogal wisselen tijdens deze periode.
Als je borstvoeding geeft kan je het beste een voedingsbeha gaan dragen. Deze beha geeft ondersteuning aan je borsten die in de borstvoedingsperiode zwaarder zijn. De cups zijn vaak voorgevormd en naadloos zodat ze je borsten niet irriteren. Ook hebben veel voedingsbeha's een clip waarmee je eenvoudig de voorkant van de beha losmaakt en direct kan voeden. Zo'n twee weken na de bevalling kan je eigenlijk pas echt een goede voedingsbeha aan laten meten. Een beugel mag, zolang deze maar goed zit en nergens knelt.
Soms kan het gebeuren dat een baby niet direct de borst van de moeder pakt. Als dit bij jou zo is dan kan je proberen om alsnog je baby te stimuleren je borst te pakken, bijvoorbeeld door veel lichaamscontact en het masseren van je borst (om de melkproductie goed op gang te krijgen). Als het dan nog niet lukt kan je altijd professionele hulp inroepen van verpleging of een lacatiedeskundige. Veel vrouwen vinden het erg prettig een kraamverzorgster te hebben die er ervaring mee heeft. Op de website van het NVL kan je een deskundige vinden bij jou in de buurt.
Misschien maak je je zorgen over het geven van borstvoeding en ben je bang dat het niet lukt. Geen zorgen, veel vrouwen doen er een of meerdere weken over tot ze echt goed borstvoeding kunnen geven. Belangrijk bij het voeden is dat je je baby goed aanlegt. De hele tepel moet in de mond van de baby komen om de voeding te stimuleren. Als je de wang of zijkant van de mond van je baby voorzichtig stimuleert zal die de volgende keer vanzelf zijn of haar hoofd richting je tepel draaien. Je weet dat je baby goed is aangelegd als je hem of haar hoort slikken tijdens het drinken.
Je weet dat je goed aanlegt als je je baby goed hoort slikken. Borstvoeding mag nooit pijn doen!
Je kan je baby voeden zo vaak jij (of je kind natuurlijk) wil. Het beste is om te voeden als je baby om de borst vraagt. De eerste dagen zal dit ongeveer 10 tot 12 keer zijn, na een tot twee weken zal dit verminderen naar 7 tot 8 keer per dag. Als je baby een borst leeg heeft gedronken kan je nog je andere borst aanbieden om te kijken of hij of zij meer dorst heeft. Geef je een borst per keer dan is het van belang af te wisselen zodat de melkproductie in beide borsten gestimuleerd wordt.
Als je niet zeker weet of je baby wel voldoende borstvoeding krijgt dan kan je de volgende dingen checken:
Hou er rekening mee dat je baby de eerste week af kan vallen. Vaak raken baby's tot 7% van hun geboortegewicht kwijt. Aan het einde van week 3 is je baby weer terug op zijn geboortegewicht. Geef je flesvoeding? Dan is je baby aan het einde van week 2 weer terug op zijn oude geboortegewicht.
Als je net begint met voeden zal je nog niet veel melk in je borsten hebben. Dat is niets om je je zorgen over te maken; de eerste paar dagen na de bevalling neemt de melkproductie iedere dag toe. Na ongeveer 2 weken heb je een regelmatige en goede hoeveelheid melk. Denk je dat je te weinig melk kan geven? Vaak herken je een tekort als je baby erg lusteloos is, vaak huilt en daarnaast te weinig plasluiers heeft. Probeer dit op te lossen door vaker aan te leggen en beide borsten aan te bieden. Hoe vaker je baby aan je borst zuigt, hoe meer die gestimuleerd wordt om meer melk aan te maken.
Heb je te veel melk? Dit merk je waarschijnlijk vooral doordat je iedere keer gespannen borsten hebt. Ook kunnen terugkerende borstontstekingen en het onrustig drinken van je baby tekenen zijn voor overproductie. Wil je dit verminderen dan kan je het beste je borsten een beetje masseren zodat er al melk wegloopt voor je baby begint met drinken. Als je wil afkolven moet je even opletten dat je niet te veel kolft, dat brengt de productie namelijk weer op gang!
Als je ingetrokken tepels hebt kan het voor je baby lastiger zijn om te drinken. Je baby mist dan een richtpunt om naartoe te happen. Vaak kan je hierdoor nog wel gewoon borstvoeding geven, omdat je baby dan niet de tepel, maar de gehele tepelhof in zijn of haar mond neemt. Lukt dit niet dan kan je altijd nog overwegen een tepelhoedje te proberen, een siliconen lapje met een tepelvorm die je over je borst legt.
Spruw is een schimmelinfectie die vaak bij baby's voorkomt. Het herkennen van spruw is niet zo moeilijk: vaak zitten er kleine witte vlekjes op het mondslijmvlies, verhemelte en de tong. Deze vlekjes kun je niet wegvegen. Ook kunnen vrouwen witte plekjes op de tepels hebben of een parelmoerachtige glans.
Om van spruw af te komen is hygiëne erg belangrijk. De tepels schoonmaken met lauwarm water voor en na iedere voeding en de handen goed wassen is al een goed begin. Als je baby een speen gebruikt moet die regelmatig uitgekookt worden. Eventueel kan je een schimmeldodend middel voor je tepels gebruiken, maar vraag daarvoor advies aan verpleging of lacatiedeskundige.
Een korte tongriem bij een baby kan problemen geven bij het geven van borstvoeding. Vaak drinken baby's dan erg luidruchtig (met een klakkend geluid), laten vaak de borst los en kunnen de borst ook niet goed in de mond nemen. De moeder kan tepelpijn of tepelkloven krijgen en stuwing. Vaak wordt een korte tongriem snel verholpen door het door te knippen. Dit is een korte, praktisch bloedeloze ingreep en er kan vrijwel direct erna weer geprobeerd worden om te voeden.
Als je stuwing hebt zijn je borsten gespannen en vol en is de huid strak en doorschijnend. Je hebt de meeste kans op stuwing tussen dag drie en vijf. Stuwing kan je helaas niet voorkomen, maar door goed op je aanlegtechniek letten, waarbij je baby dus goed je borst kan legen kan je het wel verminderen. Ook het masseren van je borsten kan helpen om de melkproductie op tijd op gang te brengen en je borsten uiteindelijk ook te legen. Als je stuwing hebt kan je vaak door goed aanleggen en masseren het verschijnsel verminderen.
Als je stuwing hebt kan je lichte koorts hebben. Koorts gecombineerd met je niet goed voelen, rode borsten en harde plekken op je borsten kunnen tekenen zijn van borstontsteking. Als je denkt dat je een borstontsteking hebt is het niet de bedoeling dat je ineens stopt met voeden. Je borsten blijven melk produceren en het is van belang dat die melk eruit gaat. Probeer daarom altijd te blijven voeden. Begin met de borst die pijn doet en laat je baby die zo goed mogelijk leegdrinken. Lukt je baby dit niet dan kan je de rest altijd nog afkolven.
Het afkolven van moedermelk kan een goede vervanging zijn als je veel aan het werk bent en dan geen tijd hebt om je kleine te voeden. Ook bij te vroeg geboren kinderen kan afkolven een uitkomst zijn. In principe kan je beginnen met kolven zodra je kind geboren is, met de bedoeling je borstvoeding op gang te brengen en de melkproductie te stimuleren. Zo kan je ook een voorraadje aanleggen voor het geval je kind naar het kinderdagverblijf gaat of wanneer je weer gaat werken.
Kolven kan je op verschillende manieren doen. Een methode is om je borst met de hand uit te melken. Je kan ook een van de kolfapparaten kopen die op de markt zijn. Vaak kan je elektrische kolfapparaten ook huren.
Als je moedermelk hebt gekolft kan het ingevroren worden of gewoon in de koelkast gezet worden. Hou er dan wel rekening mee dat de melk zich gaat scheiden en een beetje zuur kan gaan ruiken. Dit is volkomen normaal en deze melk kan ook verschillend van kleur zijn: roomkleur, groening of blauwig is heel normaal.
LEES OOK: Borstvoeding afbouwen en Borstvoedingselfies is een trend!
Vaak is het geven van borstvoeding 'normaal' tot 6 maanden. In Nederland gaan veel moeders dan de voedingen langzaam afbouwen. Apart is wel dat veel mensen moeders die hun kind langer borstvoeding willen geven 'raar' vinden. Je kind zou dan volgens hen al zelfstandig moeten worden en borstvoeding blijven geven zou alleen maar een manier zijn van de moeder om haar kind langer aan zich te binden. Dit vormt een vreemde tegenstelling met het advies van de WHO en UNICEF, die aanraden juist tot 2 jaar sowieso borstvoeding te geven.
Soms zijn er vrouwen die heel graag borstvoeding willen geven, maar het gewoon niet kunnen. Denk aan het gebruik van medicatie, waardoor het geven van borstvoeding gevaarlijk kan zijn voor hun baby. Of moeders die een verstoorde hormoonhuishouding hebben waardoor het aanmaken en afscheiden van melk belemmerd wordt. Sommige vrouwen vinden het geven van borstvoeding in publieke ruimten niet prettig en kiezen en daarom voor geen (of gedeeltelijk geen) borstvoeding te geven. Anderen willen hun partner ook de kans geven hun baby te voeden.
Wat je redenen ook zijn, voel je er niet schuldig over! Met een uitroepteken, want het komt nog steeds vaak voor dat vrouwen een schuldgevoel aangepraat krijgen door anderen.
Als je geen borstvoeding kan geven maar dit wel graag wil, is het Moedermelk Netwerk misschien iets voor jou. Dit netwerk is er speciaal op gericht moedermelk van moeders te verzamelen en die te geven aan andere moeders die dit zo erg nodig hebben. Daarnaast is er natuurlijk altijd de optie om kunstmatige voeding te geven.
Binnenkort gaan we dieper in op de verschillende onderwerpen die hier besproken zijn. Blijf de website checken voor de laatste artikelen.
Deze tekst is tot stand gekomen met behulp van deskundig advies van Jessie van Dijk-Budding, lactatiekundige.
Overige bronnen: WorldHealthOrganisation, gezondheidsplein, richtlijnborstvoeding, borstvoeding
Andere artikelen in deze categorie