Fotocredits: Joukje Vissenberg
Met een vlokkentest kan worden onderzocht of je nog ongeboren kindje afwijkingen heeft. Wat is het precies en hoe werkt het? Lees er hier alles over.
Een vlokkentest is één van de onderzoeken die tijdens de zwangerschap kunnen worden gedaan om eventuele aangeboren afwijkingen op te sporen bij je baby. Je hebt er vast weleens van gehoord, maar wat is nu precies een vlokkentest en zijn er risico’s? Wij vertellen het je!
Tijdens je zwangerschap zijn er verschillende momenten waarop er testen en/of uitgebreide screenings worden aangeboden waarmee gekeken kan worden of je kindje mogelijk afwijkingen heeft. Denk aan de NIP-test, combinatietest of de 20 weken-echo. Een vlokkentest is ook een vorm van prenatale screening, maar die wordt niet zomaar gedaan.
Een vlokkentest is een onderzoek dat kan worden gedaan tijdens je zwangerschap. Het is een vorm van zogeheten invasieve prenatale diagnostiek. ‘Invasief’ betekent dat ze iets uit je lichaam moeten halen, in dit geval zijn dat kleine stukjes van de placenta.
Bij een vlokkentest worden er een paar kleine stukjes van de placenta, die in je baarmoeder zit, opgezogen door een gynaecoloog. Deze stukjes zien er ‘vlokkerig’ uit, vandaar dat het een vlokkentest heet. Door dit weefsel te onderzoeken, kunnen ze zien of je baby een chromosoomafwijking heeft (zoals het syndroom van Down), een DNA-afwijking of een stofwisselingsstoornis.
De stukjes placenta worden via je buik of je vagina weggenomen. Als ze het via de buikwand doen, gebeurt dit met een holle naald. Halen ze het vaginaal weg, gebruiken ze hiervoor een dun tangetje of slangetje.
Je wordt tijdens het wegnemen van het weefsel niet verdoofd. Het prikken is eventjes pijnlijk en tijdens het afnemen wordt de naald een beetje heen en weer bewogen, waardoor je een trekkend, kramperig gevoel onderin je buik kunt krijgen. Na de vlokkentest raden ze aan om even een dagje rustig aan te doen.
De vlokkentest is bedoeld voor zwangere vrouwen van wie het kindje een grotere kans dan gemiddeld heeft op een afwijking die met de vlokkentest op te sporen is. Bijvoorbeeld als:
Een voordeel van de vlokkentest is dat hij vroeg in de zwangerschap gedaan kan worden, namelijk vanaf 11 weken. Na 14 weken zwangerschap wordt vaak geen vlokkentest meer uitgevoerd. Op dat moment is een vruchtwaterpunctie namelijk betrouwbaarder en iets veiliger voor de baby.
Een vlokkentest is niet verplicht, je beslist zelf of je dit onderzoek wil laten doen of niet.
De vlokkentest is, net als de vruchtwaterpunctie, niet helemaal vrij van risico’s. Het uitvoeren van de vlokkentest kan een infectie of bloeding veroorzaken. Daarnaast krijgt 0,3 tot 0,5% van de vrouwen een miskraam als gevolg van de vlokkentest.
De uitslag van de vlokkentest is meestal binnen 2-3 weken bekend. Soms komt het voor dat er geen uitslag gegeven kan worden, omdat er te weinig weefsel is afgenomen. Dan wordt aangeraden om een vruchtwaterpunctie te doen.
Als de uitslag van de vlokkentest goed is, kun je verder genieten van je zwangerschap. Er is dan geen vervolgonderzoek nodig. Wel kun je nog een 20 weken-echo laten maken als je dat wil.
Als de uitslag afwijkend is, kom je voor een moeilijke keuze te staan. Wil je je zwangerschap voortzetten of toch afbreken? In dat laatste geval moet dit gebeuren voor je 24 weken zwanger bent. Daarna mag het volgens de wet niet meer.
Het krijgen van een afwijkende uitslag is een heftige, emotionele gebeurtenis. Praat met je partner, je verloskundige en/of gynaecoloog over de opties en de mogelijke gevolgen.
De uitslag van de vlokkentest is 98% tot 99% betrouwbaar. Uit 1% of 2% van de vlokkentesten komt er geen uitslag, een onduidelijke uitslag of een chromosoomafwijking die mogelijk alleen in de placenta aanwezig is. In dat laatste geval heeft je kind waarschijnlijk geen chromosoomafwijking. In al deze gevallen kan het nodig zijn een vruchtwaterpunctie of tweede vlokkentest te doen.
Bronnen: deverloskundige.nl, erfelijkheid.nl, hetwkz.nl, ziekenhuis.nl
Andere artikelen in deze categorie