Fotocredits: Eline Visscher Fotografie
Je spreekt van een stuitbevalling als je kindje aan het eind van je zwangerschap nog steeds ‘verkeerd’ ligt: met het hoofdje omhoog en billen omlaag. Ga je dan voor een natuurlijke stuitbevalling of toch een keizersnede? Lees er hier alles over!
Tijdens je zwangerschap draait je kindje constant alle kanten op. Wanneer er nog voldoende ruimte is in je buik, zal ie regelmatig lekker in de rondte buitelen. Dat voel je dan ook volop! Tegen het einde, als het daarbinnen flink krapper wordt, zal hij normaal gesproken met zijn hoofdje naar beneden gaan liggen. Klaar om eruit te komen! Maar wat als je kindje in een stuit ligt en er sprake is van een stuitbevalling? Dit zijn je opties.
Wanneer je kindje met zijn hoofd omhoog en billen naar beneden ligt, spreek je van een stuitligging. Rond 30 weken ligt nog ongeveer 25% van de kinderen in stuitligging. Als dat rond de 36-37 weken nog steeds zo is, zal je verloskundige (mits er voldoende vruchtwater is) je baby proberen te draaien. Dit heet een uitwendige versie. De kans dat zo'n draaipoging slaagt, is ongeveer 40-50%.
In overleg met je gynaecoloog kun je thuis ook yoga-oefeningen doen om te proberen de baby te laten draaien. Let op: doe dit altijd in overleg! Sommige oefeningen kunnen risico's met zich meebrengen, dus de mening van een expert is hier noodzakelijk.
Een andere 'alternatieve' manier om je baby te laten draaien is hypnobirthing, waarbij je met ademhalingsoefeningen en veel contact maken met je baby je kleine probeert te laten draaien.
LEES OOK: Alles over de gentle sectio - de vrouwvriendelijke keizersnede
Lukt het niet om de baby te draaien of is ie zo eigenwijs dat ie weer terugdraait in een stuit? Dan betekent dat niet direct dat er een keizersnede moet worden ingepland. Natuurlijk bevallen kan vaak ook gewoon! Alleen komen dan dus de billetjes of benen als eerst naar buiten in plaats van het hoofdje... Meestal kun je zelf kiezen welke optie jou het fijnst lijkt. De gynaecoloog in het ziekenhuis zal je hierbij advies geven.
Samen met de gynaecoloog bespreek je de voor- en nadelen van allebei de opties. Eerst wordt onderzocht of je überhaupt wel in aanmerking komt voor een vaginale bevalling. Als je kindje bijvoorbeeld met één of beide benen recht naar beneden ligt, is een natuurlijke bevalling niet mogelijk. De baby moet of in een onvolkomen stuitligging (beentjes gestrekt omhoog) of in een volkomen stuitligging (kleermakerszit, voeten naast de billen) liggen.
Verder wordt er gekeken naar:
LEES OOK: Bang voor de bevalling? Handige tips om zonder angst te bevallen
Een stuitbevalling lijkt veel op een normale bevalling. De hartslag van je kindje wordt goed in de gaten gehouden, uitwendig via jouw buik of inwendig met een elektrode op de baby’s bil. De kans op complicaties is bij een stuitbevalling ook niet groter dan bij een normale bevalling.
Voordelen
Nadelen
Soms heb je geen keuze en is een keizersnede nog de enige optie. Als het al te laat is en je baby op het punt staat om geboren worden bijvoorbeeld. Of de gynaecoloog vindt het niet verantwoord om vaginaal te bevallen. Dit kan het geval zijn als je kindje te groot is of niet gunstig ligt, als je vorige bevalling niet helemaal goed ging, als de ontsluiting niet opschiet of omdat de baby het moeilijk heeft daarbinnen. Je kunt natuurlijk ook zelf voor een keizersnede kiezen.
Voordelen
Nadelen
Als je kindje in een stuit ligt, kan dit erg spannend voor je zijn. Bespreek al je vragen en zorgen met je gynaecoloog en laat je niet te veel leiden door meningen van anderen. Het gaat om jouw lichaam en jouw kindje! Denk goed na over waar jij je het prettigst bij voelt en maak dan je keuze.
Lezeres Michelle vertelt in onze Mombitious Facebook-groep dat zij een stuitbevalling had en dit positief heeft ervaren:
“Mijn eerste is in stuit geboren. De hele zwangerschap dachten ze dat hij goed lag, maar hij bleek bij de bevalling in stuit te liggen. Ik moest naar het ziekenhuis en daar kreeg ik de keus voor een natuurlijke bevalling of een keizersnede. We hadden alle gunstige factoren mee voor een natuurlijke bevalling. Hij lag goed ingedaald, was niet groot. We hebben er toen voor gekozen om een stuitbevalling te doen.”
“Ik kreeg weeënopwekkers om nog sterkere weeën te krijgen. Voor een eerste en in stuit was hij er best snel: binnen 7 uur. Het enige wat vervelend was, is dat mijn weeën wegvielen toen ik de laatste pers moest doen voor zijn hoofd. Ik moest toen wachten en hij maar spartelen! Voor mijn gevoel duurde dit lang, maar dat was eigenlijk niet zo.”
“Ik vond de begeleiding in het ziekenhuis erg goed. Ik kreeg de tijd om na te denken en ze gaven mij duidelijke informatie. Ook tijdens de bevalling waren ze rustig en hielpen ze mij er goed doorheen. Ik kijk met een goed gevoel terug op de bevalling.”
Bronnen: deverloskundige.nl, geboortecentrumpuur.nl, NVOG, dekritischeverloskundige
Andere artikelen in deze categorie